Boulder, Colorado (VS) – Wetenschappers hebben ontdekt dat bruine dwergen eigenlijk sterren zijn die tijdens de geboorte uit hun kraamkamer worden weggeslingerd.
Het verschil tussen een ster, een planeet en een bruine dwerg zit in het ontstaan van het hemellichaam. Planeten ontstaan doordat ruimtestof samenklontert. Deze stofklonten botsen vervolgens tegen andere stofclusters en vormen zo grote materiewolken. Als de wolken dicht genoeg worden, kunnen vaste planeten zoals de Aarde ontstaan. De planeet Jupiter bestaat nu nog steeds bijna alleen uit gas.
Bij sterren en bruine dwergen klapt een gaswolk onder zijn eigen zwaartekracht in elkaar. Tijdens dit samentrekken warmt het gas op en als er genoeg gas aanwezig is (ongeveer acht procent van de zonmassa), ontwikkelt zich voldoende warmte om een kernreactie op gang te brengen. Bij sterren zorgt deze reactie ervoor dat de ster gaat schijnen. Bruine dwergen hebben bij hun geboorte niet genoeg materie om de kernreactie op gang te brengen. Gevolg is een massieve bol van ruim 1000oC die niet schijnt en zich ook geen planeet mag noemen. Tot nu toe was niet bekend waarom voor sommige embryo’s niet genoeg materie aanwezig is om tot een ster te groeien en voor andere wel.
Missende massa
Sterren ontstaan vaak in groepen. Astronoom Bo Reipurth van de Universiteit van Colorado ontdekte dat bij groepen sterembryo’s de lichtste van het stel vaak weggeslingerd worden door hun zwaardere broeders en zusters. Eenmaal verwijderd van de materiewolk waaruit ze groeiden, blijven ze relatief kleine, niet volgroeide sterren.
Nu dit probleem is opgelost komt het antwoord op een van de grootste vragen uit de kosmologie misschien dichterbij. De huidige theorieën verklaren maar tien procent van de materie in het heelal. Veel wetenschappers zoeken een oplossing voor de “missende massa” in de richting van zwarte gaten. Nu er meer bekend is over bruine dwergen kunnen zij misschien een deel van dit mysterie voor hun rekening nemen.
Marijn Sandtke