Hoe zorg je dat astronauten genoeg eten hebben voor een lange reis naar Mars? Onderzoekers komen met een oplossing: produceer met hun poep een eetbare microbensmurrie.

Een smakelijk laagje marmite. Eten astronauten straks de poepvariant van de vooral in Engeland populaire microbensmurrie?

‘Het lijkt misschien een tikje vreemd, maar dit concept heeft wel wat weg van Marmite of Vegemite – ook daarbij eet je een laagje microbensmurrie’, zegt de Amerikaanse geowetenschapper Christopher House. Hij lanceerde afgelopen november samen met collega’s het idee voor een broodje ruimtepoep in het vakblad Life Sciences in Space Research.

Dat klinkt misschien niet zo smakelijk, maar de microbensmurrie is wel degelijk een serieus voorstel. Vooraf voldoende eten meenemen voor een maandenlange ruimtereis naar Mars (of nog verder) is immers vrijwel onmogelijk. De keus is dan niet moeilijk, wanneer deze gaat tussen verhongeren in een eenzame metalen huls in de kosmische leegte, of een marmite-achtige spread eten en je bestemming doorvoed bereiken. Bovendien is astronauten een noodzakelijke hoeveelheid smeerpijperij ook nu al niet vreemd: zij drinken immers al water afkomstig uit hun urine.

Lust je ook een broodje poep? Ome Willem werd er wereldberoemd mee.

Biomassa

In tegenstelling tot Ome Willem met zijn broodje poep, willen de onderzoekers de astronauten uiteraard niet direct hun eigen uitwerpselen voorschotelen. In plaats daarvan eten ze de ‘biomassa’ die indirect onstaat wanneer je poep samenvoegt met een mengsel van microben. Daarbij eet je dus geen poep, maar een bacterie die geproduceerd wordt mét poep. Een beetje zoals gewassen nu ook vaak bemest worden met uitwerpselen.

Als proof of concept probeerden de onderzoekers hun systeem met kunstmatige uitwerpselen in vaste en vloeibare vorm. Die worden normaal gesproken gebruikt om afvalverwerkingssystemen op aarde te testen. Ze bouwden vervolgens een cilinder van 1,2 meter lang met een diameter van ongeveer 10 centimeter, waarin ze de uitwerpselen samenvoegden met een microbenmengsel. Die microben verteerden het spul op een manier die wel wat wegheeft van onze eigen spijsvertering.

Bij dat proces komt methaan vrij, wat de onderzoekers weer gebruikten om een andere bacterie te laten groeien – M. capsulatus. Die bacterie bestaat voor 52 procent uit eiwit en voor 36 procent uit vet en wordt al gebruikt in dierenvoeding. Ook astronauten zouden een spread gemaakt van deze bacterie moeten kunnen eten. Bovendien zou je de bacterie indirect kunnen gebruiken, bijvoorbeeld als voeding voor vissen die de astronauten later kunnen eten.

LEESTIP. Eeen spannende, ranzige, hilarische en leerzame tocht door ons maag-darmkanaal. Bestel nu in onze webshop.

Ziekmakers

Toch zitten er wel wat haken en ogen aan de productie van M. capsulatus. Waar één bacterie gedijt, kunnen immers ook best andere, schadelijkere microben ontstaan. Daarom experimenteerden de onderzoekers ook met het produceren van eetbare bacteriën bij een hoge zuurgraad of temperatuur, omstandigheden waarbij andere ziekmakers het loodje zouden leggen. Zo groeiden zij bijvoorbeeld H. desiderata (15 procent eiwit, 7 procent vet) bij een pH van 11 en T. aquaticus (61 procent eiwit en 16 procent vet) bij een temperatuur van 70 graden Celcius.

De testinstallatie bleek bovendien behoorlijk efficiënt. Nu 13 uur hadden de onderzoekers 49 tot 59 procent van de kunstmatige uitwerpselen verwerkt tot microbenspread. Dat is veel sneller dan de huidige afvalverwerkingssystemen in de ruimtevaart. Hoewel het systeem nog niet klaar is voor gebruik, is het volgens House wel veelbelovend. ‘Dit is in elk geval sneller dan tomaten of aardappelen laten groeien’, stelt hij in een persverklaring.

Mocht het ooit zover komen, dan resteert alleen nog wel het vieze idee. Misschien is ‘broodje poep’ of microbensmurrie toch niet zo’n fijne benaming voor de nieuwe ruimtedelicatesse. Is ‘smeuïge smulspread’ misschien een optie? Eet smakelijk!

Mis niet langer het laatste wetenschapsnieuws en meld je nu gratis aan voor de nieuwsbrief van New Scientist.

Lees verder: