Gele grasvelden en een historisch lage waterstand: Nederland werd vorig jaar opgeschrikt door een lange periode van droogte. Ook dit jaar kampen we met een neerslagtekort. Wetenschapsjournalist Hidde Middelweerd duikt deze zomerse week dieper in de droogte. Deel 2: hoe kan het zo droog zijn in ons normaal zo regenachtige landje?
Perioden van droogte beginnen vanzelfsprekend met een tekort aan neerslag. ‘Dat tekort ontstaat door hogedrukgebieden’, zegt hydroloog Niko Wanders van de Universiteit Utrecht. ‘Die vormen een barrière voor natte lucht en leiden regenwolken om, waardoor de regio onder het hogedrukgebied langere perioden zonder regen zit.’
Hogedrukgebieden bestrijken vaak een groot deel van een continent en kunnen lang aanhouden. Dit zagen we gebeuren in de zomer van 2018: bijna elk Europees land had er last van. ‘Dat maakt het zo’n lastig probleem’, aldus Wanders. ‘Je kunt niet even bij je buurland aankloppen voor een aanvulling op je watervoorraad.’
Als de regen wél valt, gebeurt dat vaak in korte en heftige episodes. Denk aan hagel, bliksem en code oranje. Dit lost het droogteprobleem niet op, stelt Wanders. ‘Als er veel regen valt op één dag, kan dat niet allemaal de bodem in, waardoor het afstroomt naar zee. Daardoor helpt deze regenval veel minder bij het oplossen van het droogteprobleem dan bijvoorbeeld een dag van motregen.’
Verdorde planten
Een gebrek aan regenval is de eerste stap op de route naar een droogteprobleem. Stap twee is verdamping. Dit betekent dat het vocht in de bodem langzaam maar zeker verdwijnt. Dat verdampingsproces gebeurt via vegetatie, zegt Ruud Bartholomeus van wateronderzoeksinstituut KWR. ‘Planten nemen CO2 op uit de lucht, door hun huidmondjes open te zetten. De wortels winnen tegelijkertijd water uit de grond. Een deel van dat water verdampt echter weer via de huidmondjes. Hoe snel dat gaat, hangt af van verschillende factoren. Als de temperaturen hoog zijn, gaat het verdampingsproces bijvoorbeeld sneller.’
‘Bij langere perioden van droogte sluiten planten op een gegeven moment hun huidmondjes’, vervolgt Bartholomeus. ‘Ze willen het schaarse water dat ze nog hebben immers niet kwijt.’ Dit zorgt er logischerwijs ook voor dat ze geen CO2 meer opnemen en daarom stoppen met groeien. Vandaar dat periodes van droogte gepaard gaan met gele grasvelden en verdorde planten.
Dit proces van weinig neerslag en weinig verdamping versterkt zichzelf. De hoeveelheid regen die valt, is namelijk ook weer deels afhankelijk van de hoeveelheid verdamping. Als planten hun huidmondjes sluiten, leidt dat tot minder vocht in de lucht. Daardoor zijn er minder wolken, resulterend in meer zonneschijn en hogere temperaturen, wat het neerslagtekort verder aanwakkert, zodat planten nog minder water laten verdampen.
Wat zijn de gevolgen van langdurige droogte? Lees hier het volgende artikel van deze vijfdelige serie over de droogteproblemen in Nederland.
Wordt Nederland steeds droger? Lees hier het vorige artikel!