Twee personen met bèta-thalassemie en een met sikkelcelziekte hebben niet langer bloedtransfusies nodig. Normaal gesproken worden ernstigere versies van deze erfelijke ziektes daarmee behandeld. Bij deze drie personen zijn hun beenmergstamcellen genetisch veranderd met behulp van CRISPR.
Resultaten van dit lopende onderzoek, het eerste dat CRISPR gebruikt om erfelijke genetische ziektes te behandelen, werden vorige week aangekondigd op een virtuele bijeenkomst van de Europese Hematologie-associatie.
‘De voorlopige resultaten laten, in essentie, een werkende genezing zien voor patiënten met bèta-thalassemie en sikkelcelziekte’, zegt teamlid Haydar Frangoul, kinderoncoloog en -hematoloog aan het Sarah Cannon-onderzoeksinstituut in de Amerikaanse stad Nashville in een statement.
Nooit symptomen
Bèta-thalassemie en sikkelcelziekte worden veroorzaakt door mutaties die hemoglobine aantasten. Hemoglobine is een eiwit in rode bloedcellen dat zuurstof bindt en door het lichaam transporteert. Mensen met ernstige vormen van deze ziektes hebben regelmatige bloedtransfusies nodig.
Maar er zijn enkele mensen met de ziekte veroorzakende mutatie die nooit symptomen krijgen. Zij blijken foetaal hemoglobine aan te blijven maken, ook als volwassene. Normaal stopt de aanmaak hiervan kort na geboorte.
Inspiratie
Deze ontdekking inspireerde de ontwikkeling van een behandeling gebaseerd op het versterken van foetaal hemoglobine. In dit onderzoek van de samenwerkende bedrijven CRISPR Therapeutics en Vertex werden beenmergstamcellen verwijderd uit de patiënten. Vervolgens zetten de onderzoekers het gen dat foetale hemoglobine productie stopt uit. Daardoor ontstaat dus weer foetaal hemoglobine.
De overgebleven beenmergcellen doodden ze met chemotherapie en vervingen ze door de aangepaste cellen. Dit deden ze om ervoor te zorgen dat nieuwe bloedcellen gemaakt worden door de aangepaste stamcellen. Wel kan de chemotherapie serieuze bijwerkingen hebben zoals onvruchtbaarheid.
Uitstekende resultaten
De eerste twee patiënten met bèta-thalassemie hebben geen bloedtransfusies meer nodig sinds ze vijftien en vijf maanden geleden zijn behandeld. De patiënt met sikkelcelziekte heeft negen maanden na behandeling ook geen transfusies meer nodig.
De resultaten zijn uitstekend, zegt kinderhematoloog en -immunoloog Marina Cavazzana van het Necker-Enfants Malades-ziekenhuis in Parijs. Haar team behandelde een 13-jarige jongen met sikkelcelziekte met een andere aanpak.
Veilig
Hoewel de drie patiënten wel wat bijwerkingen ervoeren van de chemotherapie, lijkt de CRISPR-gentherapie veilig. De patiënten moeten mogelijk wel voor de rest van hun leven onder controle staan om zeker te zijn dat er geen nadelige effecten de kop opsteken, zegt Cavazzana.
Inmiddels zijn er vijf patiënten behandeld. Het onderzoek werd tijdelijk stopgezet vanwege de coronaviruspandemie, maar is nu weer opgestart.