Welke invloed hebben de coronamaatregelen op onze leefstijl? En wat doet het bijvoorbeeld met mensen die niet van sporten houden? New Scientist vroeg het aan leefstijlonderzoeker Kirsten Verkooijen, neuropsycholoog Erik Scherder en sportlectoren Frank van Eekeren en Steven Vos.
Dat ons leefpatroon snel is veranderd door de komst van corona, hebben we allemaal ervaren. ‘Maar er is een verschil tussen mensen die het leuk vinden om te sporten en mensen die sporten om gezond te blijven’, zegt Kirsten Verkooijen, leefstijlonderzoeker aan Wageningen University & Research. ‘Die eerste groep blijft wel fit, maar de tweede groep heeft veel zelfdiscipline nodig. De twee grootste argumenten om niet te sporten zijn dat ze geen tijd hebben, of dat het slecht weer is. Afgelopen maanden was het prachtig weer en veel mensen hadden ook meer tijd. Het is het moment van de waarheid: zijn ze inderdaad meer gaan bewegen?’
Steven Vos, Lector Move to Be aan Fontys Hogeschool, valt haar bij: ‘Er is een groep die niet aan sport deed, maar die door thuisblijven meer tijd heeft om te bewegen. Zij hebben mogelijk de eerste stappen naar meer sporten gezet. De vraag is hoe duurzaam dat is.’
Sociaal en gemotiveerd
Natuurlijk zijn er ook mensen die juist minder zijn gaan bewegen. Volgens Frank van Eekeren, lector Impact of Sport, is daar een sociale reden voor. ‘Sporten is een sociale bezigheid, iets dat we willen doen in groepsverband. Op het moment dat we niet naar een vereniging mogen, of niet met een hardloopclub kunnen afspreken, valt de motivatie weg.’
Hoe meer je beweegt, des te meer je voor elkaar krijgt. legt Erik Scherder uit. Hij is hoogleraar neuropsychologie aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. ‘Op het moment dat je gaat bewegen, stroomt meer bloed naar je brein toe. Daardoor werken je hersengebieden en hersenverbindingen beter. Als je veel thuis zit en weinig beweegt, dan vermindert de stofwisseling in je hersenen. Initiatief nemen en motivatie zijn hersenfuncties en ook die worden minder actief. Veel mensen zijn minder gemotiveerd om te bewegen, maar daar kunnen ze dus eigenlijk niks aan doen.’
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door Kenniscentrum Sport en Bewegen, Sportinnovator, ZonMw en Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA.