Hoe komt het heelal aan zijn einde? Die vraag staat centraal in het boek R.I.P. Heelal van Ans Hekkenberg. ‘Het kan over een miljard jaar zo ver zijn, of over tien seconden, of nú. Cool hè?’
Naar de ratsmodee gaan we, alles en iedereen. U, ik, de hele mensheid, vervolgens de aarde en ons zonnestelsel. En uiteindelijk, onvoorstelbaar maar waar: het hele heelal. BAM!
Of nou ja, dat BAM! valt nog te bezien. Er zijn tal van scenario’s denkbaar voor dat einde der eindes. Het hoeft helemaal geen BAM! te worden. Waarschijnlijk niet zelfs. Sterrenkundige en New Scientist-redacteur Ans Hekkenberg (1988) bespreekt in haar boek R.I.P. Heelal de vijf sluitstukken die het meest in zwang zijn onder wetenschappers.
Complete reshuffle
‘Soms voelt dit onderwerp heel groot’, bekent ze. ‘Dan komt het in een vlaag binnen. Lieve help, alles gaat een keer eindigen. Álles! Yikes! Maar dat duurt altijd maar even; daarna komt het besef dat het geen zin heeft om ons er druk over te maken. De aardse problemen zijn urgenter. Klimaatverandering bijvoorbeeld: daar hebben we nog een beetje grip op als mensheid. Dat einde der tijden ligt nog zo ver voor ons. Of niet, dat is ook een theorie, maar dan merken we er evengoed niks van.’
Dat gaat over de Big Slurp, de vreemde eend in de bijt van einde-der-tijden-theorieën, en misschien daarom wel de favoriet van Hekkenberg. Complex, maar in R.I.P. Heelal legt ze luchtig en losjes uit hoe het werkt. In dit geval: als alle energie in het vacuüm van de kosmos terugvalt naar een minimumwaarde, dan gaan alle natuurwetten zoals we ze kennen compleet in de war. Hoe deeltjes werken, interactie tussen deeltjes, alles wat ons bij elkaar houdt. Hekkenberg: ‘Een complete reshuffle zou dat zijn. En daarmee meteen het einde van alles wat we kennen: planeten, sterren, wijzelf. Onbevattelijk. En áls dit gebeurt, dan kunnen we het niet zien aankomen. Dus het kan over een miljard jaar zo ver zijn, of over tien seconden, of nú.’
Bent u er nog? Mooi, dan is het dus nog niet zo ver. En Hekkenberg benadrukt nog maar eens: ‘Ga rustig slapen vanavond, de kans hierop is vreselijk klein. Maar het zóú kunnen. Cool hè?’
Freeze, Rip of Crunch
Het meest waarschijnlijke einde is echter ijskoud: de Big Freeze. ‘Het gaat uit van een situatie waarin de natuurwetten zich blijven gedragen zoals ze nu doen’, legt Hekkenberg uit. ‘Het komt er dan op neer dat alle warmte in het universum zich steeds verder verspreidt – omdat het heelal blijft groeien – totdat er een soort eindtemperatuur ontstaat die overal hetzelfde is. Heel laag is die, maar belangrijker nog: omdat er geen temperatuurverschillen meer zijn, komt alles stil te staan. Je zou zelfs kunnen zeggen dat de tijd stopt. Een soort screenshot, krijg je dan. Noem het maar een ijskoude anti-climax.’
Spannender vindt ze de Big Rip. ‘Maar die is ook meteen heel gewelddadig. Hier gaat het om donkere energie, waarvan we weten dat ze een enorm deel van ons universum inneemt, dat ze voor de groei van de ruimte zorgt, maar we snappen eigenlijk nog steeds niet wat donkere energie nu precies is. Stel dat deze energie ervoor zorgt dat de groei van het heelal steeds sneller gaat, dan komt er een moment dat zelfs de ruimtetijd het niet meer kan bijbenen, waardoor alles uit elkaar scheurt. Van sterren tot atomen: rrrrrip!
Maar er is ook een tegenhanger van deze theorie: de Big Crunch. Hierbij wint de zwaartekracht het uiteindelijk van de donkere energie waardoor alles juist naar elkaar toe beweegt en in elkaar krimpt, net zolang tot we weer bij het begin zijn: alles wat er is, samengebald in een minuscule speldenprik. Voor schrijvers is deze theorie het meest bevredigend, omdat het zo’n mooi rond verhaal is.’
Nieuw heelal
Althans, als het ophoudt bij die minuscule speldenprik. De laatste van de door Hekkenberg besproken eindes is een variant op de Big Crunch. Maar bij de Big Bounce houdt het niet op bij het einde, maar begint alles weer van voor af aan. ‘Er zou dan namelijk zoveel energie samengebald zitten in dat kleine plekje, dat er weer een nieuwe oerknal uit zou kunnen ontstaan. En dus een nieuw heelal. En dat zou dan de tweede kunnen zijn, maar ook de miljardste. Wij zouden nu dus ook kunnen leven in de zoveelste variant van ons heelal, met al weet ik het hoeveel voorgangers en oneindig veel universa na deze.’
Ja ja, ze weet het, het kán soms een beetje doen duizelen. En dit zijn maar een paar eindes. Omdat we zoveel nog niet weten, is dit onderzoeksveld nog volop ontwikkeling. ‘Al die onopgeloste vraagstukken – bijvoorbeeld: wat is donkere materie nu eigenlijk? – maken het ook zo spannend. Er zijn bijvoorbeeld ook mensen die kijken of we niet zelf een nieuw heelal kunnen starten. Misschien leven we zelfs wel in een door een eerdere beschaving opgestart heelal. Ik snap dat zulke gedachtes groot zijn, maar ze zorgen bij mij in ieder geval voor prettige relativering. Als ik mijn belastingaangifte aan het doen ben, dan baal ik even, maar dan denk ik ook al snel: ach, het is ieder geval niet het einde van het heelal.’
Tekst: Kees van Unen. Dit artikel verscheen op 8 augustus 2020 in Het Parool.