Volgens het 2020 Living Planet Report van het Wereldnatuurfonds (WNF) is de afgelopen vijftig jaar het aantal wilde dieren drastisch afgenomen. Populaties zoogdieren, vogels, amfibieën, reptielen en vissen zijn wereldwijd met 68 procent geslonken sinds 1970. Dat is een snellere afname dan eerder werd voorspeld.

‘Laten we duidelijk zijn: dit is een catastrofe’, zegt Mark Wright van de Britse tak van het WNF. ‘Ondanks beloftes door regeringen en bedrijven van over de hele wereld om de klimaatcrisis serieus te nemen, is het duidelijk dat we hierin falen.’

Diversiteitsindex

Het rapport is gebaseerd op meetgegevens van de Living Planet Index, gemaakt door de Zoological Society in London. Deze index bevat data van de wereldwijde biodiversiteit tussen 1970 en 2016, gebaseerd op 20.811 populaties van 4392 gewervelde soorten.

De grootste afnames zijn volgens het rapport te zien in Zuid-Amerika, Midden-Amerika en in het Caribisch gebied. De gemiddelde grootte van de onderzochte wilde-dieren-populaties is daar afgenomen met 94 procent. Het rapport laat daarnaast duidelijk zien dat driekwart van het ijsvrije landschap op aarde merkbaar is veranderd door menselijke activiteiten. En dat wereldwijd meer dan 85 procent van de draslanden verloren is gegaan.

Bijna een op de drie zoetwatersoorten in de wereld is nu bedreigd met uitsterven. De 3741 zoetwaterpopulaties die zijn onderzocht, laten een afname zien van 84 procent sinds 1970.

Niet te laat

Sommige populaties zijn toegenomen dankzij beschermingsmaatregelen. In de zes jaar tot 2014 is de tijgerpopulatie in Nepal gestegen met 64 procent. Ook het aantal onechte karetschildpadden is in een beschermd gebied aan de kust van Zuid-Afrika gestegen met 154 procent tussen 1973 en 2009.

‘We kunnen het tij nog keren als we daarvoor kiezen’, zegt Wright.

‘Er is geen tekort aan dit soort rapporten en ze zijn steeds vaker een openbaring voor bedrijven, regeringen en ook voor burgers’, zegt David Symons, directeur duurzaamheid bij consultatiebedrijf WSP.

‘Sommige inspanningen werken nog niet goed genoeg’, zegt Symons. Hij noemt bijvoorbeeld het plan in het Verenigd Koninkrijk dat in 2018 is opgezet om de biodiversiteit te beschermen. ‘Minder dan de helft van de UK 25 Year Environment Plan-onderdelen laat verbetering zien. Er moet dus nog veel gebeuren om het verlies aan biodiversiteit terug te draaien’, aldus Symons.

‘Voor het verbeteren van de biodiversiteit zijn gerichte acties nodig om het verlies aan leefgebied als gevolg van voedselproductie te minimaliseren. Dit is inclusief herstel van aangetast leefgebied en een grotere verschuiving naar plantaardig voedsel’, zegt Wright.

Pandemieën staan in verband met landbouwuitbreiding in onaangetaste wildernisgebieden, merkt hij op, omdat contact tussen vee en wilde dieren kan leiden tot verspreiding van een ziekte in nieuwe soorten.

Bedrijven controleren

Het WNF pleit voor het volgen van de impact van bedrijven op het milieu. De bedrijven moeten bijvoorbeeld bewijzen dat hun bevoorrading niet heeft gezorgd voor ontbossing.

‘We hadden hier tientallen jaren eerder mee moeten beginnen’, zegt Wright. ‘Er is hoop, mits we snel realiseren dat we nu sterk en ambitieus moeten reageren.’