De wereld kampt met een tekort aan computerchips. Dat komt door een samenloop van allerlei omstandigheden, waaronder een pandemie, een handelsoorlog, bosbranden, droogte en sneeuwstormen.
Deze problemen komen net op het moment dat de vraag naar chips hoger is en sneller stijgt dan ooit tevoren. In al onze apparaten zitten tegenwoordig chips: van horloges tot koelkasten. De meeste auto’s hebben er zelfs tientallen. Fabrikanten kunnen ze nu dus simpelweg niet snel genoeg produceren.
Wat is de precieze oorzaak van de tekorten?
De coronapandemie zorgde er in eerste instantie voor dat er tot wel 50 procent minder auto’s werden verkocht. Er gingen immers maar weinig mensen de weg op en het vertrouwen in de economie was laag. Autofabrikanten reageerden daarop door de productie te beperken en minder onderdelen te bestellen. Er werden dus ook veel minder computerchips besteld.
Tegelijkertijd kwam er vanwege het thuiswerken enorm veel vraag naar apparaten zoals laptops en smartphones. Ook kochten veel mensen een spelcomputer. De grote chipfabrikanten schakelden dus over van autochips op smartphone- laptop- en tabletchips. In januari 2021 bereikte de chipverkoop daardoor een recordomzet van zo’n 34 miljard euro, 13,2 procent hoger dan januari 2020.
Nu zit ook de autoverkoop weer in de lift. Daarom vechten bedrijven om voorrang bij de fabrieken die hun chips kunnen maken. Chipfabrikanten zijn daarentegen geneigd om zich meer op smartphone- en tabletchips te blijven focussen dan op autochips. De chips die in auto’s worden gebruikt, zijn namelijk van verouderde technologie, zodat ze minder winst opleveren.
Hadden we nog wel een flinke voorraad chips in de kast?
Om de kosten laag te houden, werken veel bedrijven met een kleine voorraad. Ze doen er nu alles aan om die voorraad bij te vullen. Bevoorradingsketens staan echter onder zware druk en zijn zelfs hier en daar gebroken. Daarom weet niemand wat er te verwachten valt.
Waarom kunnen chipfabrikanten niet gewoon meer chips produceren?
Fabrieken die halfgeleiders produceren, hebben maar een beperkte capaciteit. Het bouwen van nieuwe fabrieken kost veel geld, en duurt jaren.
De halfgeleiderindustrie is bovendien getroffen door een samenloop aan problemen. Veel van onze computerchips komen van het bedrijf TSMC in Taiwan. Dit bedrijf heeft een dubbele tegenslag te verwerken gehad.
Bovenop de pandemie kwam namelijk de handelsoorlog tussen de VS en China. De Amerikaanse chipfabrikant Xilinx heeft enkele verkopen aan het Chinese elektronicabedrijf Huawei vorig jaar moeten staken, omdat toenmalig president Donald Trump Huawei op de zwarte lijst had geplaatst. Daarom werkt China nu aan de opzet van een eigen chipproductie. De VS doen datzelfde: TSMC bouwt voor hen een chipfabriek van 10 miljard euro op Amerikaans grondgebied. Iedereen wil nu dus zijn eigen chipvoorraad veiligstellen, iets wat de totale wereldwijde productie geen goed doet.
En dan zijn de weergoden veel chipmakers ook nog eens niet gunstig gezind. Het productieproces vereist veel water. TSMC maakt bijvoorbeeld chips voor enkele tientallen bedrijven, en verbruikt daarbij 156.000 ton water per dag. Momenteel kampt Taiwan echter met flinke droogte. De reservoirs drogen op, zodat het bedrijf nu met vrachtwagens water naar de fabriek moet brengen.
Alsof dat allemaal niet genoeg is, werd een Japanse chipfabriek in oktober ook nog eens getroffen door brand. En in Texas legde een ongewone koudegolf de fabrieken tijdelijk plat.
Welke bedrijven zijn met name de pineut?
Automakers zoals Ford, Toyota en Volkswagen hebben allemaal hun fabrieken voor een deel in de mottenballen gelegd. Daarnaast is Sony niet in staat om het door hen gewenste aantal exemplaren van de PlayStation 5 in elkaar te zetten. Verder schroeft Microsoft de productie van de Xbox Series X terug, en overweegt Samsung de Galaxy Note-smartphone later op de markt te brengen.
Hoe lang gaat dit duren?
Sommige analisten denken dat de fabrikanten over een jaar weer op schema liggen, en dat een half jaar later de bedrijfsvoorraden weer op peil zijn. Anderen menen echter dat de chipindustrie al jarenlang op haar maximale productiecapaciteit afstevent. Volgens hen was er geen buffer om schommelingen in vraag op te vangen, zodat je dit kon zien aankomen. Bovendien maken ze zich zorgen omdat chipschaarste al vaker is voorgekomen. Meestal was dat als gevolg van een ramp, maar ook weleens doordat nieuwe technologie een update van fabrieken vereiste.
Hoe dan ook zijn fabrieken nu hun capaciteit drastisch aan het ophogen. Het zal echter enige tijd kosten voor het effect daarvan zichtbaar is. Het maken van een chip kan namelijk wel een half jaar duren.