Niet een mannelijk gezicht, maar de tint van de huid bepaalt welke mannen aantrekkelijk zijn. Tot die opmerkelijke conclusie komt een team Britse experimenteel-psychologen in het vakblad Plos One.

Isabel Scott van de universiteit van Bristol en collega’s bestudeerden het effect van huidskleur en gezichtsvorm door foto’s te tonen aan enkele tientallen vrouwelijke vrijwilligers. Daaruit bleek dat de vrouwen bij de beoordeling de gelaatskleur sterker lieten meetellen. Hoewel alle foto’s blanke mannen toonden, vielen vooral de gelaten met iets meer geeltinten in de smaak.

Dat is opmerkelijk, omdat de meeste onderzoekers ervan uitgaan dat vrouwen vooral vallen op ‘stoere’, masculiene gezichten. Die zouden duiden op een sterker gestel en dus betere genen. De biologie voorspelt dat vrouwen daardoor onbedoeld worden aangetrokken, om een gezond nageslacht te garanderen.

Gezonder
Maar Scott en collega’s wijzen erop dat de laatste jaren is gebleken dat masculien ogende, testosteronrijke mannen niet per se gezonder zijn. Een betere indicator van gezondheid is de toestand van de man op het moment zelf – zoals zijn gelaatstint.

‘Stabiele trekken zoals mannelijkheid (…) zouden minder belangrijk moeten zijn voor de aantrekkelijkheid dan andere, meer toestandafhankelijke aanwijzingen’, aldus Scott. Verwarrend genoeg telt voor mannen de gelaatsvorm van de vrouw weer wél: hoe symmetrischer haar gelaat, des te mooier mannen het vinden.

Waarom vrouwen uitgerekend geel mooi vinden, snappen de Britten ook niet. ‘De interesse in de gele huidskleur zou het resultaat kunnen zijn van een of andere afwijkende culturele of ecologische factor, en het zou dan ook leerzaam zijn om onze bevindingen te herhalen bij groepen met een andere sociale en ecologische achtergrond.’


Een man met extra geeltinten (rechts) is mooier.

In hun artikel halen de onderzoekers hard uit naar het misverstand dat het bij mannen alleen maar zou gaan om hun brede kaken en hun symmetrische gezichtsvorm. ‘Het bewijs voor een verband tussen testosteron of mannelijkheid en weerstand tegen ziekte is gebrekkig, inconsistent en grotendeels negatief.’

En: ‘Ondanks de enorme hoeveelheid literatuur over gezichtsvoorkeuren, is er nog geen grondige poging gedaan om te bevestigen dat masculiniteit ertoe doet als er ook andere aanwijzingen van gezondheid aanwezig zijn.’

Maarten Keulemans