Chemici hebben een antistof van plastic in muizen getest en, tot hun grote vreugde, werkte het prima. Voorzichtig dromen de onderzoekers er al van dat in de toekomst razendsnel dergelijke plastic antistoffen kunnen worden gemaakt.
De farmaceutische productie van biologische antistoffen is een tijdrovende klus, die wel een maand of langer kan duren. Dat kan veel sneller en goedkoper, dachten chemici aan de universiteit in Irvine, Pennsylvania. Kenneth Shea en zijn team ontwikkelden een mengsel van bouwstenen van kunststof die ze toevoegden aan een oplossing van het bijengif mellitine, een eiwit. Nadat de bouwstenen zich aan elkaar en aan het gif hadden gehecht tot minuscule deeltjes, wasten ze het gif weg. Wat achterbleef waren nanokorreltjes met daarin een deuk waarin het mellitine-molecuul past, ofwel het plastic antistof.
Of het werkte, dat moest een experiment met proefdieren uitwijzen. Ze publiceerden het experiment in het Journal of the American Chemical Society. Ze injecteerden muizen met een dodelijke dosis van het bijengif. Muizen die enkel het gif kregen, overleden, maar de meeste muizen die ook plastic antistoffen waren ingespoten, overleefden het. Toen de onderzoekers het experiment herhaalden nadat ze een kleurstof aan zowel het kunstmatige antistof als het gif hadden gekoppeld, zagen ze hoe de kleuren eerst binnenin macrofagen in de bloedstroom samenkwamen en daarna in de lever belandden. Of het plastic daarna ook het lichaam verlaat, moet uit een vervolgonderzoek blijken.
Blijkbaar kan een plastic korreltje met de juiste gedetailleerde uitholling zeer nauwkeurig een eiwit uit duizenden herkennen. Dat is ideaal voor een snelle diagnose maar ook voor zuiveren en oogsten van eiwitten in de industrie. En wie weet is het zo veilig dat over een jaar of tien zo’n plastic antistof gerust in mensen slangengif en andere lichaamsvreemde stoffen te lijf kan gaan, zonder dat er wekenlang op de ontwikkeling van nieuwe antistoffen hoeft te worden gewacht.
Erick Vermeulen