Mannen hebben nu nóg een reden om met roken te stoppen. Dat het de kans op longkanker aanzienlijk verhoogt, dat wisten we al. Maar nu is ook ontdekt dat het schadelijk is voor het Y-chromosoom, dat bescherming biedt tegen de groei van kanker elders in het lichaam.

Het Y-chromosoom – en dus ook door roken veroorzaakte schade daaraan – komt vrijwel uitsluitend bij mannen voor. Dat verklaart mogelijk waarom rokende mannen 1,5 tot 2 keer zo vaak buiten de longen kanker krijgen dan rokende vrouwen.

Een onderzoek onder 6000 Zweedse mannen wees uit dat rokers drie keer zo veel kans hadden als niet-rokers om Y-chromosomen te verliezen. ‘We denken dat verlies of schade optreedt als chromosomen zich splitsen voor de celdeling’, zegt Jan Dumanski van de Universiteit van Uppsala in Zweden, die het onderzoek geleid heeft.

Tot nog toe werd ervan uitgegaan dat het Y-chromosoom zonder veel negatieve gevolgen verloren kan gaan, omdat het het kleinste chromosoom is in het menselijke genenbestand en niet essentieel is voor het overleven van cellen. Nu stapelt het bewijs zich op dat verlies van het Y-chromosoom toch schadelijker is dan aangenomen, omdat het waarschijnlijk het vermogen aantast van het immuunsysteem om kanker aan te pakken.

Vroegtijdige dood

Eerder dit jaar meldden dezelfde onderzoekers in het vakblad Nature Genetics. naar aanleiding van een ander onderzoek onder 1150 oudere mannen dat verlies van het Y-chromosoom uit minstens eenvijfde van de bloedcellen leidde tot een verdubbelde kans op een vroegtijdige dood en de leeftijdsverwachting met 5,5 jaar bekortte. Bovendien verviervoudigde daardoor de kans op bepaalde soorten kanker.

Het meest recente onderzoek van het team toont aan dat de uitwerking van roken op de chromosomen ‘dosisgerelateerd’ is: hoe meer sigaretten de mannen rookten, hoe groter het aantal bloedcellen dat het Y-chromosoom verloor. Als de verliezen in andere soorten cellen elders in het lichaam net zo groot zijn, verklaart dat mogelijk het verhoogde risico op kanker.

Omkeerbaar

Het goede nieuws is dat de hoeveelheid Y-chromosomen bij voormalige rokers hetzelfde waren als bij niet-rokers. ‘De boodschap is dus dat het omkeerbaar is. Als je stopt met roken, heb je ook niet meer de verhoogde hoeveelheid cellen zonder Y-chromosoom‘, aldus Dumanski.

De resultaten zijn verrassend, stelt David Page, een autoriteit op het gebied van ontwikkeling van het Y-chromosoom aan het Whitehead Institute in Cambridge, Massachusetts. ‘Een paar jaar geleden werd het Y-chromosoom nog als genetisch niemandsland zonder medische betekenis gezien. Een verband met rokers en kanker zou toentertijd biologisch onwaarschijnlijk geacht zijn.’

‘We weten dat mannen een hoger risico lopen op vormen van kanker die zowel mannen als vrouwen treffen – en om eraan dood te gaan. Dit onderzoek verklaart deels waarom dat zo is’, zegt Charles Swanton, van het Cancer Research UK’s London Research Institute. ‘De onderzoekers tonen aan dat verlies van het Y-chromosoom gerelateerd is aan roken. Nu is het zaak om uit te zoeken of dat verlies direct bijdraagt aan een toename in kankergevallen en sterfte bij mannen.

Volgens Dumanski zijn is er recent ontdekt dat bepaalde genen op het Y-chromosoom mogelijk de groei van tumoren onderdrukken. Dat betekent dat volledig verlies van het chromosoom kankercellen in de gelegenheid stelt om het immuunsysteem te ontwijken en vernietiging te ontduiken.

Dumanksi stelt verder dat verlies van het Y-chromosoom een van de meest voorkomende mutaties is bij kanker, met een frequentie tussen de 15 en 80 procent, waarmee het vermoeden van een verband tussen de twee nogmaals bevestigd wordt.

Het volledige onderzoek kun je lezen in het vakblad Science.