Op zoek naar diamanten? Heel simpel, kijk gewoon waar de plant Pandanus candelabrum groeit. Volgens Amerikaanse geologen groeit deze palmachtige soort op plaatsen waar de bodem diamanten kan bevatten. Dat publiceren zij in het vakblad Economic Geology.
Bron: Stephen Haggerty
De diamantplant is een soort gedoornde palm met lange dunne wortels. De plant kan tot tien meter hoog worden. Hij groeit op kimberliet, een stollingsgesteente dat de belangrijkste bron is van natuurlijke diamanten.
Kimberlietpijp
Kimberliet is het stollingsgesteente van magma dat vanuit de aardmantel erg snel naar boven komt. Dat gebeurt vaak in een smalle pijp. Snelheden kunnen daarbij oplopen tot zelfs de geluidssnelheid. Door deze grote snelheid van het bewegende magma hebben diamanten die op grote diepte in het gesteente terecht komen, geen tijd om te vervallen tot grafiet. Daarom zijn op deze plekken vaak diamanten te vinden.
Onderzoeksleider Stephen Haggery was aan het werk in Liberia toen het hem opviel dat de plant Pandanus candelabrum vaak precies boven zo’n kimberlietpijp groeit. De plant kan dus de weg wijzen naar nog onbekende diamantlocaties, concludeerde hij. Dit zou vooral handig zijn als de planten op satellietbeelden te detecteren zijn. De jungle waarin zich diamantlocaties kunnen bevinden, is immers vrij ondoordringbaar.
Voedingsstoffen
De plant groeit boven het gesteente omdat kimberliet ook bepaalde voedingsstoffen bevat waarop de palmachtige goed gedijt, zoals magnesium, kalium en fosfor. Het is niet de eerste plant die onthult wat de bodem bevat. De roze koekoeksbloem groeit bijvoorbeeld op een bodem die rijk is aan koper.
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Lees ook: