Vandaag gaat Jurassic World in première, het langverwachte derde vervolg op Jurassic Park uit 1993. In de film neemt een nieuw genetisch knutselwerkje – de Indominus rex – het stokje over van de vorige spreekwoordelijke koning van de apenrots, de T. rex.
Je loopt door een park vol dinosauriërs. Niet zo lang geleden zijn de gevaarlijke prehistorische dieren ontsnapt uit hun kooien. Gespannen ga je op zoek naar de uitgang. Ineens hoor je naast je geritsel en gegrom. Uit je ooghoek zie je beweging. Het is… een bontgekleurd, gevederd dier dat je nog het meest doet denken aan een uit de kluiten gewassen parkiet. Het ziet er niet gevaarlijk uit, eerder schattig. Je ontspant. Dan valt het je aan en verslindt het je op gruwelijke wijze.
Twintig jaar
Dit had zomaar een scène kunnen zijn uit Jurassic World. Meer dan twintig jaar nadat de film Jurassic Park dinosauriërs nog populairder maakte dan ze al waren, ziet de prehistorische wereld die paleontologen schetsen er namelijk volkomen anders uit dan in die film. Dinosauriërs blijken felgekleurde dieren met veren, in plaats van donkere, grauwe reptielen – uitzonderingen zoals de mosasaurus (overigens geen dinosaurus, maar een zeereptiel) daargelaten. Toch zul je in Jurassic World geen gevederde dino’s zien.
Vorm van magie
Paleontoloog Anne Schulp, verbonden aan museum Naturalis, hoeft echter niet lang na te denken over de vraag naar welk park hij persoonlijk liever zou gaan: een park met de aangepaste filmdinosauriërs uit Jurassic World of eentje met gevederde exemplaren. ‘Ga je liever naar een museum met echte kunst, of naar eentje waar alleen reproducties hangen?’ vraagt hij retorisch. ‘Echt heeft een vorm van magie die reproducties niet kennen.’ Net zo is het volgens Schulp met dinosauriërs. ‘Sciencefiction – en Jurassic World is sciencefiction – wordt pas goed en geloofwaardig als de fictie is ingebed in een heel geloofwaardige context. Daarom wil je juist dat de dino’s zo geloofwaardig mogelijk in beeld komen.’ Toch kan Schulp zich ook voorstellen dat in dit geval is gekozen de dinosauriërs er zo uit te laten zien als in Jurassic Park. ‘Schubben zijn een stuk griezeliger dan pluizige veertjes. Dus als je een griezelfilm wil maken, is het wel logisch dat je hiervoor kiest.’
Kikker-DNA
De filmmakers hebben overigens wel een inhoudelijke verklaring voor het foutieve uiterlijk van de dinosauriërs. Volgens het plot zijn ze genetisch gemanipuleerd, zodat ze er anders uit zien dan ze eruit ‘horen’ te zien. Dat was in Jurassic Park trouwens ook al zo – in die film gebruikte men kikker-DNA om gaten in het gevonden dinosaurus-DNA te dichten. Alleen gaan ze in Jurassic World nog een stapje verder. De koning van de spreekwoordelijke apenrots is daarin namelijk het fantasiemonster Indominus rex, een beest dat de onderzoekers in de film zelf in elkaar knutselden en dat nooit op aarde heeft rondgelopen.
Tot slot is het voorlopig uitgesloten dat we daadwerkelijk dinosauriërs nabouwen aan de hand van oud DNA, ongeacht hoeveel we eraan sleutelen. DNA heeft namelijk een houdbaarheidsdatum. Na verloop van tijd gaat alle genetische informatie verloren. DNA uit de prehistorie is daarom helaas volkomen ongeschikt als blauwdruk voor nieuw (oud) leven.
Toch valt er aan Jurassic World genoeg lol te beleven voor de doorgewinterde liefhebber van prehistorisch leven – zeker voor Schulp, wiens belangrijkste oerliefde de mosasaurus, het dier waarop Schulp promoveerde, een grote rol speelt in de nieuwe film. Daarover spraken wij hem nog wat uitgebreider.
‘De mosasaurus is een beetje onze T. rex’
In de trailer van Jurassic World is de mosasaurus, prehistorische koning der zeeën, te zien in een Dolfinarium-achtige show. Paleontoloog Anne Schulp kent dit beroemde zeereptiel goed.
Is het beest in de trailer te herkennen als mosasaurus?
‘Ik heb even zitten puzzelen, maar als ik kijk naar het gebit en de kop, dan kan ik alleen concluderen dat dit een mengelmoes is van verschillende mosasaurussoorten. En ik mis de gevorkte tong van het dier. Verder is de huid wel heel erg bobbelig, een beetje krokodillerig. De echte mosasaurus had veel gladdere schubbetjes. Tot slot is deze mosasaurus natuurlijk veel te groot. De grootste die we kennen was nog geen twintig meter. Van hoe groot het dier in de film is, staan online verschillende schattingen van mensen die de trailer echt beeld voor beeld hebben bekeken. Daaruit blijkt dat het dier in de trailer niet elke frame dezelfde grootte heeft. De schattingen lopen uiteen van een meter of 30 tot zelfs 200 meter.’
Wat is er zo leuk aan de mosasaurus?
‘Het zijn in zekere zin ‘onze’ beesten: ze zijn veel rond Maastricht gevonden. Je kunt de mosasaurus daarom een beetje beschouwen als onze T. rex. Maar dan in het water; de mosasaurus is geen dinosaurus, maar een zeereptiel. Het is in elk geval een groot en griezelig beest. Dat maakt hem in het museum zo leuk, maar ook bijzonder geschikt als filmster.’
Prehistorische beesten nabouwen kan vermoedelijk nooit. Maar stel dat het mogelijk was, zou jij dan naar zo’n Dolfinariumshow gaan als de mosasaurus zou optreden?
‘Ik heb genoeg beroepsdeformatie dat ik toch wel erg nieuwsgierig zou zijn. Maar er zitten natuurlijk wel de nodige ethische haken en ogen aan, dat je zo’n beest nabouwt en dan van die kunstjes laat doen. Je moet je ook afvragen of je zo’n dier wel in elkaar moet willen knutselen – want er is ontegenzeggelijk een hoop in geknutseld. Je kunt het een beetje vergelijken met een paleontoloog die een creationistisch fossielenmuseum bezoekt. Dat is ook reuzeinteressant, om te zien wat ze ermee gedaan hebben. Maar je vraagt je ook af of je wel toegang wil betalen voor zoiets, of je ze daarmee niet indirect steunt. Dit zou ongeveer hetzelfde zijn.’
Over de film
Jurassic World is het langverwachte derde vervolg op Jurassic Park (1993), de moderne klassieker die een hele generatie verliefd liet worden op dinosauriërs als de T. rex en Velociraptor. Ook in de nieuwe film speelt een pretpark vol prehistorische (roof)- dieren de hoofdrol. En natuurlijk loopt het ook ditmaal voor de bezoekers niet helemaal af zoals gehoopt. Jurassic World draait nu overal in de bioscoop.
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Lees verder: