Hoe komen wetenschappers tot dat ene inzicht dat het verloop van hun carrière bepaalt? Daarover vertellen ze in de rubriek Eureka, elk weekend in het AD, verzorgd door de redactie van New Scientist. Deze week: Sennay Ghebreab, neuro-informaticus bij de Universiteit van Amsterdam.
‘Kunstmatige intelligentie, of artificiële intelligentie (AI), is de discipline die zich bezighoudt met het aanleren van vaardigheden aan computers en machines die we normaal toekennen aan mensen. Zoals zien, redeneren, acteren en interacteren. Bij AI gaan machines tot op zekere hoogte handelen als mensen.
Het was eind jaren 2000 en ik was op het Science Park in Amsterdam. In het gebouw waar ik gewerkt had, kwamen nieuwe draaideuren. Daarom waren er een paar weken vervangende draaideuren. Het was na vijven, de receptie was weg en ik probeerde naar buiten te komen. Het lukte mij niet, terwijl andere collega’s wel weg konden. Dat was raar. Zeker toen het de dag erna weer gebeurde, ook toen ik ging bukken en andere houdingen aannam; de deur werkte niet mee.
Ik was in die tijd al bezig met automatische herkenning van objecten en gezichten. Een machine herkent dingen op basis van de input. Ik vermoedde dat ik niet door de draaideur herkend werd omdat het systeem niet gekalibreerd was op verschillende huidskleuren.
Maatschappij van morgen
Daar bij die draaideur werd ik niet boos of chagrijnig. Dit was een moment van inzicht dat mij inspireerde om verder te gaan. Het triggerde mijn academische gedachte: de techniek voor de maatschappij van morgen wordt hier en nu ontwikkeld. Ik voelde van binnen een explosie om hier iets mee te gaan doen.
We zijn nu tien jaar verder en om algoritmes minder discriminerend te krijgen, moeten we gezamenlijk AI bouwen. Mensen uit verschillende disciplines, met verschillende expertises en achtergronden. Alleen zo kom je tijdens het bouwen van algoritmes tot nieuwe perspectieven en komen zaken aan het licht waar je op voorhand geen rekening mee hebt gehouden. Op deze manier krijgen we gezamenlijk eigenaarschap in de toekomstige wereld.’