CERN ontwikkelt in zijn jacht op moeilijk te vinden deeltjes continu nieuwe technologieën. Een aantal daarvan zullen binnenkort via Nederland de commerciële markt op komen. Dat maakten Cern en Nikhef vandaag bekend op een feestelijk symposium ter gelegenheid van het 60-jarige bestaan van CERN. 

Cern
Innovatieve technieken die CERN gebruikt in de jacht op deeltjes moeten via Amsterdam de commerciële markt betreden. Bron: CERN

Vandaag ondertekenden Nikhef-directeur Frank Linde en CERN-directeur-generaal Rolf Heuer een contract dat de basis vormt voor een zogeheten ‘Business Incubation Center’, een centrum dat start-up bedrijven zal helpen die met innovatieve technieken van CERN de markt op willen gaan. Het BIC van Nikhef en CERN is het tweede waaraan CERN verbonden is, na een eerdere in Engeland.

‘Het is goed om te zien dat het BIC hier, in het hart van één van Europa’s succesvolle Science Parks, gevestigd zal zijn,’ zei Heuer over de keus om het nieuwe BIC in Amsterdam te vestigen. Dat juist daar een BIC verschijnt is niet verwonderlijk. Nikhef en CERN werken nu al ondermeer samen in het zogeheten ATLAS-experiment, één van de twee experimenten die het higgsdeeltje vonden.

Het Amsterdamse Science Park huisvest bovendien op dit moment al twee bedrijven die gebruik maken van de technologieën van Cern. ‘Subatomaire fysica is een goudmijn voor innovatie. Nikhef heeft al verschillende bedrijven helpen starten rond CERN-gerelateerde technologie’, zegt Linde.

Chip uit ATLAS-detector

De van de ATLAS-detector afkomstige chip wordt door Amsterdam Scientific Images gebruikt in commerciële detectoren. Bron: Amsterdam Scientific Images
De van de ATLAS-detector afkomstige chip wordt door Amsterdam Scientific Instruments gebruikt in commerciële detectoren. Bron: Amsterdam Scientific Instruments

Twee van die bedrijven zijn Amsterdam Scientific Instruments en Omics2Image, waarvan ex-Nikhef promovendus Hans Roeland Poolman de CEO is. Beide bedrijven maken gebruik van technologie die verkregen is uit een door Cern aangezwengeld internationaal samenwerkingsverband. Die samenwerking moest één van de beeldregistratiechips uit grote detectoren als de ATLAS aanpassen zodat deze bruikbaar werd voor bijvoorbeeld R&D-afdelingen van bedrijven. ‘Het is alsof wij de nieuwste type turbocharger hebben die gebruikt wordt in Formule 1-wagens om races mee te winnen, en dat wij die aanpassen zodat ze ook nuttig zijn in bijvoorbeeld een Volkswagen of Volvo’, zegt Poolman over de rol van zijn bedrijven.

De chip werd bij ATLAS gebruikt om deeltjesbanen en deeltjes mee te meten, een zeer specifieke rol die je niet gemakkelijk kunt vertalen naar bredere toepassingen. Maar de achterliggende technologie van de chip, zo benadrukt Poolman, was juist heel waardevol. ‘De chip converteert straling naar een elektrisch signaal’, zegt hij. Waar bij eerdere technologie vaak verschillende tussenstappen nodig waren waarin het signaal van het ene type naar het andere geconverteerd moest worden, deed deze chip dat direct. Bovendien heeft iedere pixel op de chip zijn eigen elektronica, waardoor het bijvoorbeeld mogelijk is losse fotonen te meten. ‘Daardoor is de signaal/ruis-verhouding heel goed’, zegt Poolman.

Toch was daarmee het verhaal niet af. Aan alleen de chip hadden bedrijven niets, en dus werd deze doorontwikkeld in samenwerking met ongeveer 20 universiteiten. Nikhef maakte voor de chip bijvoorbeeld nieuwe elektronica en besturingssoftware, zodat de technologie nu veel breder inzetbaar is. Daardoor is de chip te gebruiken door onderzoekers en bedrijven die röntgen- of CT-imaging willen doen, maar ook voor massaspectrometrie en kristallografie. De chip wordt zelfs ingezet voor registratieapparatuur die de lasnaden van pijpleidingen moet controleren en in camera’s die gebruikt werden door een kunstrestaurateur die de kleurpigmenten in schilderijen heel nauwkeurig wilde meten.

Beide bedrijven van Poolman gebruiken de chip nu in hun producten. Amsterdam Scientific Instruments gebruikt daarvoor de door Nikhef ontwikkelde technologie om uiteenlopende detectoren te bouwen, terwijl Omics2Image in samenwerking met het FOM-instituut AMOLF op basis van dezelfde chip een detector heeft gebouwd die geschikt is voor biomedische toepassingen.

Voordelige tarieven

De IonPix Camera van Omics2image gebruikt de ATLAS-chip samen met AMOLF-technologie om biomedische metingen te doen. Bron: Omics2Image
De IonPix Camera van Omics2image gebruikt de ATLAS-chip samen met AMOLF-technologie om biomedische metingen te doen. Bron: Omics2Image

Het doel van de nieuwe BIC is om meer van dit soort initiatieven en bedrijven in Amsterdam te laten ontstaan. Daarbij heeft CERN bedrijven nog veel meer commercieel interessante technologieën te bieden dan alleen chips of detectieapparaten. Te denken valt bijvoorbeeld ook aan koeltechnologie en dataverwerkingstechnologie. Bij CERN zijn immers zulke lage temperaturen nodig voor deeltjesmetingen, en moeten de detectoren zulke gigantische hoeveelheden gegevens verwerken, dat bij het onderzoeksinstituut ook op die gebieden continu naar nieuwe en innovatieve oplossingen wordt gezocht.

Start-ups in het BIC van CERN en Nikhef kunnen bij het vermarkten van dat soort oplossingen rekenen op een overdracht van kennis en technologie tussen CERN en het bedrijf, doordat de ondernemers het onderzoeksinstituut mogen bezoeken. Bovendien krijgen zij voordelige tarieven voor de technologische licenties op de intellectuele eigendommen van CERN. Daarnaast biedt ook Nikhef hulp aan de startende ondernemers van het BIC doordat zij aanvullende technologische expertise bieden die de bedrijven kan helpen bij de doorontwikkeling van de producten van CERN. Ook bieden zij de ondernemers kantoorruimtes en ondersteuning bij het vinden van financiering. Heuer: ‘Door R&D partnerships, licenties of consultancy aan te bieden, hopen we te laten zien dat CERN toegewijd is aan het effenen van de weg die technologie bewandelt van fundamentele wetenschap naar industrie.’

Lees verder: