NASA blijft wikken en wegen over een missie naar Pluto. Diverse reisdoelen wedijveren om aandacht. Wil NASA de atmosfeer op Pluto onderzoeken, dan moet een meetinstrument daarvoor wel arriveren voordat de atmosfeer is verdwenen.
De planeet Pluto is daadwerkelijk een buitenbeentje in het Zonnestelsel. Deze buitenste planeet is erg klein, heeft een hogere dichtheid dan de vier andere buitenplaneten en heeft bovendien een excentrische baan die niet in hetzelfde vlak ligt als de banen van de andere planeten. Daarmee vormt Pluto een uiterst interessant object.
Inmiddels heeft NASA voor de lancering van twee Marsrovers voldoende middelen kunnen vinden, zonder diep te moeten putten uit het programma Outer Planets/Solar Probe. Niettemin verkeert de geplande Pluto Express in problemen. De ontwikkeling van een nieuwe generatie lanceervehikelen, die was bedoeld voor dit programma, loopt vertraging op. Bovendien heeft de Pluto Express ernstig last van twee andere missies, de Solar Probe en de Europa Orbiter. De technische eisen voor die twee vluchten zijn veel zwaarder dan voor de Pluto Express, en zorgen voor hoge kosten en tegenslag.
Na het verzetten van de Europamissie naar 2006 en de Solar Probe naar 2007, schijnt er nu toch onvoldoende geld te zijn voor het tijdig lanceren van de Pluto Express. Dit heeft verstrekkende gevolgen. Na 2004 bevindt Jupiter zich namelijk in een ongunstige positie. Zowel de Pluto Express als de Solar Probe moeten en route de planeet Jupiter passeren, zodat Jupiters zwaartekrachtsveld ze in de juiste baan kan slingeren. Alternatieve routes vergen langere tijd en kosten meer.
Kleine hoop resteert
Pluto zelf maakt het de nieuwsgierige planetenonderzoekers ook moeilijk. Tot 2016 bevindt er zich nog wel atmosfeer op de kleine buitenplaneet, maar daarna is Pluto zo ver van de Zon verwijderd, dat stikstof en andere gassen in de atmosfeer zullen condenseren en bevriezen op het planeetoppervlak. De planeet heeft bijna 250 jaar nodig voor een complete baan rondom de Zon.
Voor de Planetary Society en andere voorstanders van planetenonderzoek bestaat er nog een kleine hoop. NASA beschikt over een kwart eeuw ervaring met de bouw van minder ingewikkelde ruimteonderzoeksvaartuigen, die voldoende degelijk zijn voor een reis naar Pluto en een succesvol wetenschappelijk onderzoek van de kleine buitenplaneet. Bruce Moomaw noemt op Spacedaily ondermeer Contour en Stardust. Moomaw beveelt de KISS-strategie aan (Keep It Simple, Stupid) Volgens hem is dat de enige manier waarop NASA de Pluto-atmosfeer kan onderzoeken, voordat de buitenplaneet twee eeuwen lang atmosfeerloos zijn baan zal vervolgen.