Euromunten kunnen geen nikkelallergie veroorzaken.

Vlak voor de invoering van de euro ontstond er ophef over de muntstukken van één en twee euro: deze munten bestaan uit een legering die vijfentwintig procent nikkel bevat. Niks ongewoons voor munten, maar desondanks voorspelden Zweedse wetenschappers een flinke toename van het aantal gevallen van nikkelallergie.

Nikkelallergie is de meest voorkomende contactallergie en dan met name bij vrouwen. Het is een ‘juwelenziekte’: ruim twintig procent van de Belgische vrouwen ontwikkelt een overgevoeligheid voor nikkel door het dragen van oorbellen. Ook mannen zijn steeds vaker het slachtoffer van de aandoening, door de toenemende populariteit van piercings. Is de allergie eenmaal ontstaan, dan verdwijnt deze nooit meer. De patiënt kan enkel het contact met nikkel vermijden en de symptomen – rode, jeukende eczeemplekken – bestrijden met smeerseltjes.

Dermatologen van de Universiteit Gent verwachten echter geen ‘epidemie’ van nikkelallergie ten gevolge van de euro. In vergelijking met veel andere gebruiksvoorwerpen, zoals bestek, zijn de hoeveelheden nikkel in de munten betrekkelijk gering. Bovendien is de afgifte van het metaal door de munten minimaal. De muntstukken kunnen zelf geen overgevoeligheid voor nikkel veroorzaken, hooguit ondervinden mensen die de allergie al hebben enige problemen. Maar zelfs dat betwijfelen de onderzoekers, omdat het contact met de muntstukken over het algemeen zeer kort is. Alleen voor specifieke beroepsgroepen, zoals caissières en bankmedewerkers, liggen de zaken misschien anders.

Mirjam Leunissen