Aardwarmte kan de komende decennia een miljoen huizen en de meeste kassen in Nederland verwarmen. Sinds kort kan iedereen op thermogis.nl zelf kijken of er winbare aardwarmte onder zijn wijk zit. Toch zijn niet alle lobbyisten enthousiast, bleek tijdens de presentatie van Thermogis bij TNO in Utrecht.
“Nederland is aan de oppervlakte wel plat, maar onder de grond absoluut niet”, stelt TNO-onderzoeker Jan Diederik van Wees. Onder Nederland liggen minstens twaalf watervoerende lagen die in principe geschikt zijn om aardwarmte aan te onttrekken, maar ze vormen een soort Alpengebergte met pieken en dalen tussen -1 en -4 kilometer. Zie daar maar eens de juiste boorlocatie voor aardwarmte in te vinden.
Aardwarmte winnen is in principe simpel: boor een gat in een watervoerende laag gesteente, en pomp daar koud water in. Boor even verderop nog een gat – zo ontstaat een ‘doublet’– en pomp daaruit water van 40 à 100°C omhoog. De kringloop sluit doordat het opgepompte water, nadat het zijn warmte heeft afgegeven, terug de bodem ingaat.
Water van een graad of zestig is geschikt om huizen te verwarmen, met water van veertig graden kunnen nog tuinbouwkassen worden verwarmd.Een recent voorbeeld hiervan is de aardwarmtecentrale nabij het Haga-ziekenhuis aan de Leyweg in Den Haag. Hier worden vanuit één locatie twee putten geboord, die circa drie kilometer uit elkaar in de watervoerende laag terechtkomen. Vanaf 2011 moet dit doublet circa 80 procent van de warmte leveren voor 4000 nieuwe woningen en 20.000 m2 bedrijfsruimte.
Watervoerende lagen zijn sterk geplooid en verspringen door breuken in de aardkorst. Daarom kan een boorput in het zuid-westen van Den Haag een goede investering zijn, terwijl een even diepe put aan de andere kant van de stad wellicht weggegooid geld is.
ThermoGis bevat daarover een schat aan informatie die gebaseerd is op een halve eeuw proefboringen en seismisch onderzoek door oliemaatschappijen. Deze gegevens vertegenwoordigden ooit een aanzienlijke commerciële waarde, maar zijn nu gratis voor iedereen beschikbaar. Van Wees: “Dankzij dit project biedt aardwarmte veel meer mogelijkheden dan we dachten.”
Opmerkelijk genoeg, zo bleek tijdens de presentatie door TNO op de Utrechtse Uithof, half mei, was niet iedereen het daarmee eens, wat een aardig inkijkje bood in de stammenstrijd van verduurzamend Nederland. “Ik zou de harde getallen over economisch winbare warmte eruit laten. Kwaadwilligen gaan dat tegen je gebruiken,” mopperde een aardwarmte-lobbyist in de zaal. Onder die kwaadwilligen schaarde men zelfs degenen die zich sterk maken voor energieopwekking door het verbranden van biomassa.
De vrees was, dat lokale bestuurders of lobbyisten die subsidie willen voor biomassa, met een paar plaatjes uit Thermogis gaan bewijzen dat in hun regio geen aardwarmte in de grond zit, zodat daar in ieder geval geen subsidie heen hoeft.
Van Wees gaf toe dat de prognoses van ThermoGis in gebieden waar weinig onderzoek is gedaan veel lijken op een worst case-scenario: “In gebieden met weinig gegevens mag je zeker niet concluderen dat er niets zit.”
Uitgeput
Aardwarmte genereert relatief weinig CO2, maar is net zo min een duurzame energiebron als olie of gas. Het circulerende water koelt namelijk het gesteente af, zodat de temperatuur van het opgepompte water steeds lager wordt. Na enige decennia is de winbare aardwarmte rond het doublet uitgeput. Het water opnieuw laten opwarmen vanuit dieper gelegen lagen gaat veel te langzaam om op te wachten.
Of het boren van een doublet economisch verantwoord is, hangt niet alleen af van de totale hoeveelheid warmte die er uit kan komen, maar ook hoe snel die er uit gehaald kan worden, waarbij de porositeit van het gesteente de belangrijkste parameter is. Hoe sneller water door een laag heen kan stromen, hoe sneller de warmte er aan onttrokken kan worden. En juist in dat gegeven zit meestal de grootste onzekerheidsmarge. Daarom houden boringen altijd een zeker risico in, waarvoor de overheid een garantiefonds heeft opgezet.
Van Wees schat dat het totale potentieel aan winbare aardwarmte overeenkomt met een derde van ‘Slochteren’, de enorme gasbel in Groningen die al een halve eeuw de kurk vormt waarop de Nederlandse energievoorziening drijft. Die gasbel is inmiddels voor tweederde uitgeput.