Lichtstralen zullen in de toekomst als draadloze toegangspoort tot het internet functioneren. Tenminste, daar maakt hoogleraar breedbandnetwerken aan de Technische Universiteit Eindhoven Ton Koonen zich hard voor. Voor zijn onderzoek naar draadloos internet via lichtstralen ontving hij een Europese subsidie van 2,5 miljoen euro.
Het gaat om lokale netwerken binnen één ruimte, vergelijkbaar met wifi-hotspots. ‘Internet via lichtstralen zal efficiënter en sneller zijn dan een wifi-verbinding, die met radiogolven werkt’, zegt Koonen. ‘Een wifi-verbinding deel je met anderen in je omgeving en als meer mensen het internet opgaan, wordt jouw verbinding langzamer. Bovendien kunnen lichtstralen, in tegenstelling tot radiogolven, geen storingen veroorzaken in medische apparatuur en vliegtuigelektronica.’
Glasvezel
Internet via een lichtstraal lijkt abstract, maar volgens Koonen is het niet zo ingewikkeld. ‘Eigenlijk is het internet via een glasvezelkabel, maar dan zonder de glasvezel. Die kabel eindigt nu bij de voordeur, bijvoorbeeld in de meterkast. Een wifi-router verspreidt de verbinding via radiogolven verder door het huis. Wij willen de glasvezelkabel in het plafond laten eindigen. Daar komt dan een apparaat dat lichtbundels door de ruimte naar laptops, iPads enzovoorts stuurt en op die manier een verbinding tot stand brengt.’
Een van de speerpunten van Koonen’s vijf jaar durende onderzoek is het ontwikkelen van een intelligent systeem dat de lichtstralen de juiste kant op stuurt. ‘Wanneer iemand met een laptop komt binnenwandelen, moet het apparaat aan het plafond de laptop herkennen en daar stralen naartoe sturen. Als de laptop van plaats verandert, moeten de stralen meebewegen’, aldus Koonen.
Disco
Ondanks de bewegende lichtstralen zal een kantoortuin niet snel in een disco veranderen. Net als in een glasvezelkabel, wil Koonen licht met een golflengte van circa 1,5 micrometer gebruiken. ‘Dat licht is infrarood en dus onzichtbaar voor het menselijk oog. Bovendien kan het niet in het oog binnendringen en veroorzaakt het voor zover wij weten geen gezondheidsrisico’s. Als je er doorheen loopt of wanneer een lichtstraal op je oog valt, is er niets aan de hand’, zegt Koonen.
Ook de internetverbinding heeft als het goed is niet te lijden onder de onderbreking van een lichtstraal. ‘We willen op het plafond meerdere punten creëren waaruit de lichtstralen komen. Wanneer één straal wordt onderbroken, zijn er altijd andere stralen die de verbinding in stand houden.’
Als Koonen’s project slaagt, belooft dat efficiënter en sneller internet. ‘Lichtstralen hebben een veel hogere frequentie dan radiogolven: meer dan honderd terahertz tegenover enkele tientallen gigahertz. Een simpele wet in de telecommunicatie luidt dat een hogere draaggolffrequentie een grotere capaciteit oplevert. Met internet via lichtbundels heb je dus niet snel last van een collega die een groot bestand downloadt.’
Francien Yntema