Biofysicus Tom Kokhuis vond een manier om stamcellen naar het hart te vervoeren. Stamcellen kunnen de schade die optreedt na een hartinfarct beperken. Tot nu was het erg moeilijk om deze cellen bij het hart te krijgen.
Kokhuis en collega’s ontwikkelden een methode om de stamcelafgifte in het hart na een hartinfarct te verbeteren. Ratten die volgens deze manier behandeld werden, herstelden beter van het hartinfarct dan ratten die op de gebruikelijke manier werden behandeld.
Dat stamcellen, ook wel reparatiecellen, schade kunnen beperken en deels herstellen was al langer bekend. Tot nu toe was het echter moeilijk om grote hoeveelheden stamcellen direct op de beschadigde plek van het hart te krijgen. De in het bloed gespoten stamcellen stroomden wel langs, maar niet naar het hart.
Gasbelletjes en geluidsgolven
Om de stamcellen naar het hart toe te bewegen, brachten Kokhuis en collega’s eerst een laagje contrastvloeistof op het oppervlak van de stamcellen aan. De gasbelletjes in de contrastvloeistof gaan als reactie op geluidsgolven van een zogeheten echoapparaat trillen. Door met zo’n echoapparaat over de hartstreek te bewegen, konden de onderzoekers de in beweging gebrachte stamcellen richting het hart stuwen.
Doordat een stof aan de gasbelletjes was toegevoegd die specifiek aan beschadigd weefsel hecht, bleven de stamcellen ook daadwerkelijk aan het aangedane deel van het hart vastzitten.
Meer onderzoek nodig
Kokhuis en collega’s noemden de met contrastvloeistof bedekte stamcellen StemBells. ‘De StemBell-techniek, de combinatie van gasbelletjes en ultrageluid, maakt het dus mogelijk om stamceltherapie veel efficiënter in te zetten’, zegt Kokhuis. Deze techniek moet nog op mensen worden getest. ‘Het duurt nog jaren voordat de techniek op grotere schaal in de kliniek kan worden ingezet’.
Lees ook: