Een boomstronk die eigenlijk dood had moeten zijn, wordt in leven gehouden door naburige bomen die hem via een onderling verbonden wortelstelsel van water en voedingsstoffen voorzien. Deze vondst draagt bij aan het groeiend besef dat bomen en andere organismen kunnen samenwerken voor het algemeen belang van een bos.
Sebastian Leuzinger van de Auckland University of Technology in Nieuw-Zeeland wandelde met een collega over een bospad ten westen van Auckland toen ze plots een boomstronk zagen waar nieuw, levend weefsel op groeide. Benieuwd naar hoe de stronk zonder groen gebladerte overleefde, besloten ze een aantal watermonitoren in de stronk te stoppen. Ze deden hetzelfde bij twee nabijgelegen volwassen bomen van dezelfde soort, kauri of Agathis australis geheten.
In de weken die daarop volgden, ontdekten de onderzoekers een verband tussen de waterstroom in de bomen en de stronk. Overdag, wanneer de naburige bomen water via hun bladeren verdampten, stond het water in de boomstronk bijna stil. ’s Avonds, wanneer de bomen inactief waren, begon het water in de boomstronk te stromen. Ook wanneer het bewolkt of regenachtig was, wat de waterstroom in de bomen deed afnemen, nam de stroming in de boomstronk toe.
In gezonde bomen wordt de waterstroom grotendeels gedreven door verdamping. Voor de stronk, die geen bladeren heeft, is dat geen optie. In dit geval bleek de waterstroom gebonden aan het gedrag van zijn buren.
Teamwork
De eerste meldingen van levende boomstronken stammen uit de 19e eeuw, toen boswachters het fenomeen rapporteerden. Maar dit is een van de eerste studies over hoe de stronken overleven.
Er is een groeiend besef dat bomen niet werken als individuele organismen. De manier waarop schimmels bomen in staat stellen om koolstof en andere voedingsstoffen uit te wisselen, onderschrijft die aanname. De nieuwe vondst doet daar nu een schepje bovenop. ‘Het verandert onze visie op bos-ecosystemen, die we als ‘superorganismen’ kunnen zien’, aldus Leuzinger.
Een gedeeld waternetwerk kan bomen beter bestand maken tegen waterschaarste, zegt Leuzinger, maar het vergroot ook de kans op verspreiding van ziekten. Dit is met name een zorg voor kauribomen, die vatbaar zijn voor een dodelijke ziekte die kauri dieback wordt genoemd.
Voordeel
De naburige bomen kunnen verschillende redenen hebben om de bijna dode boomstronk te ondersteunen. Wortels van de boomstronk zouden ervoor kunnen zorgen dat de levende boom meer stabiliteit vindt in de ondergrond. Of de bladloze boomstronk kan een onderdeel vormen van het wortelstelsel van de levende bomen.
Bomen zijn ‘genadeloos efficiënt’ in het maximaliseren van hun grondstoffen, zegt Greg Moore van de Universiteit van Melbourne in Australië. ‘Dus het feit dat levende bomen deze boomstronk ondersteunen, betekent dat ze er voordeel van ondervinden.’