Extreme kleine silicium naaldjes zijn geschikt voor het inbrengen van moleculen in organische cellen. Dit hebben onderzoeker van de Amerikaanse Harvard University ontdekt. De nanonaaldjes zouden zich lenen voor onderzoek naar de reactie van cellen op vreemde stoffen.
Om het effect van bepaalde stoffen op het gedrag van cellen te kunnen bestuderen in het veelal noodzakelijk lichaamsvreemde moleculen in de deeltjes te brengen. Ongewenste stoffen komen echter niet eenvoudig door een celmembraan heen, zodat onderzoekers vaak een list bedenken. Het in te brengen molecuul wordt bijvoorbeeld aan een deeltje gehecht dat wel door het membraam heen kan.
De nanonaaldjes van Hongkun Park van Harvard University zou deze complexe onderzoeksmethode overbodig maken. Park gebruikt silicium substraten waarop extreem kleine naaldjes zitten. Op deze substraten laat hij cellen groeien, die zich van de prikkers niets blijken aan te trekken. Tijdens het groeiproces raken de cellen doorspietst. De staafjes krijgen vooraf een dun laagjes met de in te brengen moleculen, die loskomen zodra een naaldje in een cel zit. Op deze manier zou het ook mogelijk zijn om dna- en rna-moleculen of andere eiwitten in te brengen.
De substraten zouden tegen relatief lage kosten te produceren zijn en met één siliciumplak moet het mogelijk zijn zo’n 20 000 verschillende stoffen te testen.