Oude foto’s van de Hubble-ruimtetelescoop hebben een voorheen onbekende maan van Neptunus aan het licht gebracht. Op 1 juli 2013 ontdekte een Nasa-wetenschapper een onopvallend vlekje op de archieffoto’s. Tot ieders verrassing bleek de wazige lichtvlek de veertiende maan van de planeet te zijn.
De nieuw ontdekte maan draagt de naam S/2004 N1. Tot nog toe dachten astronomen dat Neptunus ‘slechts’ dertien manen telde, maar S/2004 N1 bewijst het tegendeel. Met nauwelijks twintig kilometer doorsnede is de maan de kleinste satelliet van Neptunus . Hij bevindt zich op een afstand van 105.000 kilometer van de gasplaneet. Daarmee is de maan verder van Neptunus verwijderd dan de planeetringen. S/2004 N1 racet met grote snelheid door het heelal: in slechts 23 uur voltooit hij een rondje om de planeet – een afstand van bijna 600.000 kilometer.
‘Het is een maan die nooit lang genoeg op een plek blijft om gefotografeerd te worden’, zegt astronoom Mark Showalter op de website van Wired. Omdat S/2004 N1 zowel klein als zwak verlicht is, heeft zelfs de Voyager 2 die in 1989 langs Neptunus vloog hem niet opgemerkt.
Showalter kwam tot zijn vondst toen hij een klein vlekje zag op een oude archieffoto die de Hubble-ruimtetelescoop in 2004 van Neptunus maakte. Showalter vergeleek honderdvijftig Hubble-foto’s om de vlek beter te bestuderen, en concludeerde uiteindelijk dat het inderdaad een maan betrof.
De Hubble-ruimtetelescoop is in 1990 gelanceerd. Nasa hoopt dat de trouwe telescoop nog tot 2018 dienst zal doen. In dat jaar zal zijn opvolger, de James Webb-ruimtetelescoop, het stokje overnemen.
De recent gevonden maan draagt vooralsnog geen ‘gewone’ naam. Toen Showalter twee maantjes om Pluto ontdekte, liet hij het publiek stemmen op hun favoriete namen. Dat resulteerde in de namen Kerberos en Styx. Ook het maantje van Neptunus zal een naam krijgen uit de Romeinse of Griekse mythologie.