De positieve bijwerkingen van vaccins moeten beter worden onderzocht, stellen vaccinexperts in de nieuwste editie van New Scientist. Mogelijk zijn miljoenen levens te redden door slimmer te prikken met bestaande vaccins.
Vaccins doen veel meer dan alleen bescherming bieden tegen een specifieke ziekte. Ze dringen bijvoorbeeld ook eczeem, astma en voedselallergieën terug. Het onderzoek naar deze voordelige bijwerkingen komt echter moeizaam van de grond.
Onderzoekers vermoedden al enige tijd dat de bescherming die een vaccin biedt een stuk verder gaat dan gedacht. De Deense vaccinonderzoeker Peter Aaby ontdekte dat kinderen vaak veel gezonder zijn nadat ze een vaccinatieprogramma hebben doorlopen. Ze lijken minder vatbaar voor aandoeningen die op het eerste gezicht niets te maken hebben met de ziekte waartegen ze zijn ingeënt. Aaby’s onderzoek richtte zich tot nu toe vooral op het vaccin tegen tuberculose. Binnenkort breidt hij zijn onderzoek uit, door gelijktijdig het tuberculosevaccin en het DTP-vaccin toe te dienen.
Mogelijk zijn miljoenen levens te redden door simpelweg beter gebruik te maken van de vaccins die al bestaan, stellen Aaby en collega’s in New Scientist. Toch laat grondig onderzoek naar onvoorziene positieve effecten volgens hen te lang op zich wachten. Een reden daarvoor kan zijn dat immunologen niet blij zijn met nieuws over bijwerkingen van vaccins – ook niet als die bijwerkingen gunstig uitpakken. Velen zijn bang dat er opnieuw paniek zal uitbreken, als blijkt dat het beeld dat wij van vaccins hebben in werkelijkheid genuanceerder ligt.
Lees in het oktobernummer van New Scientist uitgebreid over de onderzoeksplannen van Aaby en de reacties van andere vaccinonderzoekers.