Onderzoekers hebben spermacellen gevonden in fossiele mosselkreeftjes. De spermacellen zijn niet alleen de oudste die ooit gevonden zijn – 17 miljoen jaar – maar ze zijn ook gigantisch lang ten opzichte van het lijf van de mosselkreeft.

Een röntgenbeeld van het sperma van de fossiele mosselkreeftjes. De celkern, waarin de DNA-dragende chromosomen zaten, zijn te zien als donkere vlekjes die met pijltjes zijn aangegeven. Bron: R. Matzke-Karasz
Een röntgenbeeld van het sperma van de fossiele mosselkreeftjes. De celkern, waarin de DNA-dragende chromosomen zaten, zijn te zien als donkere vlekjes die met pijltjes zijn aangegeven.
Bron: R. Matzke-Karasz

De onderzoekers maakten röntgenfoto’s van de voortplantingsorganen van de fossielen, en ontdekten daar de spermacellen. De cellen zijn enorm goed bewaard gebleven. Zelfs de celkernen, die ooit de DNA-dragende chromosomen bevatten, zijn duidelijk op de foto’s te zien.

Reusachtig sperma

De spermacellen hadden elk een lengte van zo’n 1,2 millimeter. Voor spermacellen is dat reusachtig – de menselijke variant heeft een lengte van slechts 0,005 millimeter. Het sperma was zelfs net iets langer dan het gehele lijf van de mosselkreeft. De cellen waren dan ook extreem strak opgerold in de voortplantingsorganen.

Toch behaalt het fossiele sperma geen lengterecord. Andere soorten mosselkreeftjes hebben nog langer sperma, tot wel zes keer zo lang als hun eigen lijf.

Goed bewaard door vleermuizenpoep

Deze artistieke impressie uit 1991 laat zien hoe het leefgebied van de mosselkreeftjes er 17 miljoen jaar geleden uitzag.  Bron: Dorothy Dunphy.
Deze artistieke impressie uit 1991 laat zien hoe het leefgebied van de mosselkreeftjes er 17 miljoen jaar geleden uitzag.
Bron: Dorothy Dunphy.

De onderzoekers ontdekten de fossiele mosselkreeftjes in een zoetwatermeertje in Riversleigh, een regio in Australië die erg rijk is aan fossielen. Het is geen toeval dat de mosselkreeftjes zo goed bewaard zijn gebleven. De beestjes deelden hun leefgebied met duizenden vleermuizen. Daardoor was het water waarin de mosselkreeftjes leefden rijk aan vleermuizenpoep. De poep verhoogde het fosforgehalte van het water, waardoor de zachte weefsels van dode diertjes mineraliseerden.

Lees ook: