Ruimtesonde Voyager 1 is opnieuw getroffen door een schokgolf van de zon. De impact levert duidelijk bewijs dat de sonde, zoals verwacht, ons zonnestelsel heeft verlaten en zich in de interstellaire ruimte bevindt.

In 2012 bereikte Voyager 1 de interstellaire ruimte. Deze regio buiten de heliosfeer is gevuld met onder andere plasma, dat door de zonne-uitbarsting ging trillen.  Bron: NASA/JPL-Caltech
In 2012 bereikte Voyager 1 de interstellaire ruimte. Deze regio buiten de heliosfeer is gevuld met onder andere plasma, dat door de zonne-uitbarsting ging trillen.
Bron: NASA/JPL-Caltech

De schokgolf die Voyager trof, is het resultaat van een heftige uitbarsting van zonneplasma zo’n jaar geleden. Het duurde dus behoorlijk lang voordat de golf Voyager bereikte. Dat is geen wonder: Voyager vertrok in 1977 van de aarde en heeft sindsdien de  gigantische afstand afgelegd van meer dan 19 miljard kilometer. Inmiddels is de pionierende sonde ver voorbij de baan van Neptunus.

Trillend plasma

Nasa kondigde vorig jaar aan dat Voyager zich sinds augustus 2012 in het interstellaire medium bevindt. Dit gebied tussen de sterren bestaat onder andere uit plasma (geladen gasdeeltjes). Door de schokgolf van de zon begonnen deze deeltjes te trillen. Voyager registreerde de frequentie van deze trillingen, en stuurde die informatie naar de aarde. Daar wisten astronomen de trillingsfrequentie te vertalen naar de dichtheid van het plasma. De gevonden dichtheid onderstreept (opnieuw) dat Voyager 1 inderdaad door de interstellaire ruimte beweegt.

Bubbel rondom de zon

Het is niet de eerste schokgolf die Voyager 1 heeft getroffen sinds hij ons zonnestelsel verliet. De sonde bevindt zich buiten wat officieel bekend staat als de heliosfeer: de ‘bubbel’ om de zon waar de zonnewind sterk overheerst. De impact bewijst dat de invloed van de zon soms ook ver buiten deze regio reikt.

Lees ook: