Een schorpioen die in gevaar is, laat zijn staart los om te ontsnappen. Daarbij verliest het dier niet alleen zijn stekel, maar ook zijn anus. Biologen publiceerden deze week in PLOS ONE over de anatomie van de schorpioen en consequenties van zijn verdedigingsmanoeuvre.
Door zijn staart te verliezen, kan de schorpioen geen gif meer gebruiken tegen vijanden, en ook niet meer poepen. De breuk zorgt er daarentegen wel voor dat de schorpioen met minimale schade kan ontsnappen aan een roofdier. Het stompje heelt snel, maar het dier is zijn anus en steker voorgoed kwijt. Dat concluderen de biologen naar aanleiding van een studie naar veertien schorpioensoorten van het geslacht Ananteris.
Verdedigingstechniek
Van de onderzochte dieren lieten 22 van de 25 mannetjes hun staart snel los als onderzoekers de staart beet pakten. 1 op de 5 vrouwtjes deed hetzelfde. De biologen onderwierpen ook twee jonge schorpioenen aan de test, maar die hielden hun staart vast.
Na het loslaten van de staart, wat al 0,29 seconden na het beetpakken kon gebeuren, bleef het losse stuk volop bewegen. Die beweging duurde tot wel 169 seconden. Het doel is dat een roofdier zich op de bewegende staart concentreert, terwijl de schorpioen zelf weg glipt. In 47% van de gevallen probeerde de staart zelfs nog te steken naar het ‘roofdier’ (of in dit geval het gereedschap van de onderzoekers).
Nooit meer poepen
Al na vijf dagen was de breuk bedekt met littekenweefsel. De schorpioen kan dan niet meer jagen met zijn steker en is gedoemd om alleen kleine prooi te vangen. Omdat hij ook niet meer kan poepen, hoopt de ontlasting zich op binnen het lijf van het dier. Twee van de schorpioenen in het onderzoek scheurden daardoor en verloren nog een stuk van hun lichaam. Toch wisten de meeste mannetjes tot op acht maanden na het onderzoek te overleven. In die tijd paarden ze met vrouwtjes. Zo weten de schorpioenen hun voortbestaan toch te verzekeren met behulp van een nieuwe generatie.
Lees ook: