De Noordpool verkeert in zwaar weer. In de Noordelijke IJszee zit op vijftig meter diepte een zoutwaterlaag, waar warmte zich in een hoog tempo heeft opgestapeld. Momenteel houdt een hoger gelegen zoetwaterlaag de laag op die diepte, maar als deze twee lagen zich met elkaar gaan vermengen, kunnen ze al het seizoensgebonden zee-ijs doen smelten. Dat zou de toch al snelle afbraak van de poolkap nog verder kunnen bespoedigen.
Onderzoekers hebben de ‘warmtetijdbom’ ontdekt na het analyseren van publiek beschikbare gegevens over ijsbedekking, zeetemperatuur, zoutgehalte en de hoeveelheid warmte op verschillende diepten gedurende de afgelopen drie decennia. De gegevens toonden de situatie in het Canadees Bekken, een groot zeebekken in de Noordelijke IJszee. Wateren van de Noordelijke Tsjoektsjenzee, ten noorden van de Beringstraat tussen Alaska en Siberië, voeden het bekken.
In het onderzochte tijdsbestek is de hoeveelheid warmte in de zoute laag verdubbeld, van tweehonderd tot vierhonderd miljoen joule per vierkante meter. Deze warmte kan de dikte van de poolkap met tachtig centimeter laten afnemen.
De hoofdoorzaak is de opwarming van de aarde, die in het Noordpoolgebied voor temperatuurstijgingen van twee graden Celcius heeft gezorgd ten opzichte van pre-industriële waarden (tweemaal het wereldwijde gemiddelde). Deze ontwikkeling heeft geleid tot een historisch lage zee-ijsdekking. De onderzoekers hebben ontdekt dat, door het terugtrekkende zee-ijs, de warmteabsorptie door het blootgestelde oppervlaktewater in dertig jaar is vervijfvoudigd. Dit is vooral te wijten aan het feit dat er geen ijs meer is dat het directe zonlicht kan reflecteren.
Wankele zoetwaterdeksel
Nu er geen ijs ligt, hebben sterke noordelijke winden vrij spel. Zij duwen de recentelijk opgewarmde oppervlaktewateren aan de randen van het poolgebied naar beneden, tot de diepten waar ze nu zich nu ophopen onder het Noordpoolgebied. De angst is dat de ‘zoetwaterdeksel’ die het water daar op zijn plek houdt uit elkaar kan vallen.
‘De deksel zou verloren kunnen gaan doordat de waterlagen vermengen, voornamelijk gedreven door de wind’, zegt Mary-Louise Timmermans, hoofd van het onderzoeksteam van Yale University. ‘Naarmate het zee-ijs verder en verder afneemt, krijg je meer vermenging door de wind. Dat kan deze natuurlijke barrière wegvreten.’
Het verlies van een beschermende zoetwaterlaag gebeurt op het moment al elders in de buurt van het Noordpoolgebied, in de Barentszzee ten noorden van Scandinavië. Dit staat warmere Atlantische wateren toe om binnen te stromen en het Arctische ecosysteem in de Noordelijke Barentszzee mogelijk binnen een decennium volledig te vernietigen.
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Lees verder:
- Meer licht in oceaan door smeltend poolijs – ecosysteem onder druk
- Wereldwijd minder zee-ijs dan ooit
- Waarom de Noordpool naar ons toe schuift
- Smeltwater uit gigantisch meer veroorzaakte koud klimaat in ijstijd