Het waterpokkenvirus infecteert cellen verrassend doelmatig en kan hierdoor sneller verspreiden dan gedacht. De snelle verspreiding van het virus is gefilmd door Britse en Nederlandse virologen.

De videobeelden laten zien dat een al geïnfecteerde cel geen nieuwe virusdeeltjes meer binnenlaat. Bovendien verspreiden de virusdeeltjes die de cel niet inkomen zich ook nog eens sneller over de ongeïnfecteerde cellen.

De virologen ontdekten dat het waterpokkenvirus in minder dan anderhalf uur een nieuwe cel kon besmetten, terwijl andere virussen hier dik vijf uur voor nodig hebben. Een doorsnee virus verspreidt zijn virusdeeltjes weinig efficiënt. De deeltjes dringen de eerste de beste cel die ze tegenkomen binnen, ook al is de cel al geïnfecteerd. Binnendringen van nieuwe virusdeeltjes is dan nutteloos. Het gevolg is dat een virus veel deeltjes maakt om maar een paar cellen te kunnen besmetten.

Op videobeelden is te zien hoe het waterpokkenvirus een slimmere strategie heeft om cellen te besmetten. Het virus zorgt ervoor dat een geïnfecteerde cel eiwitstrengen vormt aan de buitenkant. Deze strengen stoten nieuwe virusdeeltjes af. Het waterpokkenvirus verspilt dus geen virusdeeltjes aan eerder geïnfecteerde cellen. Iedere besmette cel duwt met de eiwitstrengen de virusdeeltjes een stukje verder, waardoor ook cellen op een grotere afstand bereikbaar zijn voor het virus.

Geoffrey Smith, viroloog aan Imperial College in Londen, denkt dat de ontdekking een nieuwe richting kan aangeven voor onderzoek naar antivirale middelen. “We verwachten meer virussen te vinden die met hetzelfde principe zichzelf snel verspreiden”, zegt Smith. Volgens hem moet farmaceutisch onderzoek dan ook gericht zijn op afbraak van de eiwitstrengen zodat virussen zich minder snel kunnen verspreiden.

De virologen presenteren hun onderzoek vandaag in Science.

Lieke van der Hulst